In mijn vorige blog had ik al gedeeld hoe ik bijna niet van de parking kwam omdat zowat alle auto’s precies op dat hoekje geparkeerd stonden waar ik langst moest, later in de week werd het nog gekker. De vreemde rijstijl van sommige mensen tijdens gladheid deed me al eens denken dat er toch wel heel wat gekken rondrijden. Omdat ik mezelf heb voorgenomen me er niet zo druk meer over te maken probeer ik er mee te lachen.
Ik heb wat afgelachen deze week, wat een mafketels. Het valt niet mee om er mee te blijven lachen soms, want je wilt je werk goed doen en overal op tijd zijn, maar ook al wordt je kwaad, het kost je evenveel tijd en soms nog meer.
Een van die domheden is dat best veel mensen zonder te kijken een straat indraaien. Ze kijken (hopelijk) wel naar links en naar rechts, maar niet ver genoeg. Ze rijden dan bijvoorbeeld een smalle straat in waar jij net aankomt en beseffen dan dat ze er niet langst kunnen. Veel mensen verwachten dan ook nog dat jij met je vrachtwagen achteruit gaat. Gelukkig heb ik een achteruitrijcamera, dus ik kan zien of het achter me vrij is, maar anders blijf ik staan waar ik sta. Het is dan vaak wachten tot ze beseffen dat het aan hen is om hun eigen fout recht te zetten. Meestal staat er al gelijk een andere auto achter en wordt het een hoop geprul. Sommige collega’s zijn dan zo vriendelijk om de luchthoorn te laten klinken, dit werkt mijns inziens niet echt voor je, want met een beetje pech wordt de automobilist zo onzeker dat ie nog tien minuten langer aan het prullen is.
Parkeren is ook een vak. Het parkeervak in of uit rijden geeft vaak veel oponthoud. Persoonlijk parkeer ik bij voorkeur achteruit in, dat gaat meestal het snelst en bij het wegrijden op een drukke parking heb je veel meer overzicht. Om bij de filialen te komen moet je vaak over zo’n drukke parkeerplaats, en soms kom je dan ogen en oren tekort. Je rijdt bijvoorbeeld achter een auto, die ziet een geschikt plekje, en zonder enige aanwijzing trapt hij of zij op de rem. De ander komt zonder te kijken achteruit een parkeervak uit en is dan nog gepikeerd ook als jij er ineens achter staat. Fietsers komen langs alle kanten en rijden vlak achter je door, ze hebben volgens mij niet eens door hoe ze je soms aan het schrikken maken.
Vorige week donderdag moest ik lossen in Hoogvliet, en op de parkeerplaats was er een grote markt. Er zijn dan hooguit de helft van de parkeerplaatsen beschikbaar terwijl het extra druk is. Geen pretje om daar tussendoor te friemelen met je vrachtwagen. Bijna stapvoets het parkeerterrein getrotseerd moet ik nog even achteruit het straatje in naar het losdok. Staat er ook nog een vrachtwagentje schuimplastic in de spouwmuur van het pand te blazen. Twee keer heb ik opnieuw de straat vrij moeten maken voor een automobilist die zich zohaast klem reed tussen mijn trailer en de geparkeerde auto’s. Het is een doodlopende straat en een andere uitweg is er dus niet, even wachten tot ik voor het dok sta is blijkbaar iets te veel gevraagd, dan maar wringen tot je klem zit. Ik ben dan meestal maar de verstandigste en geef ze de vrijheid terug waar ze zo naar verlangen. Toen ik even later wilde vertrekken stonden op de stoeprand van de parking een drietal auto’s geparkeerd in de bocht en er achter. Die weg was dus geblokkeerd, met veel hangen en wurgen achteruit terug en een andere uitgang proberen. Voetgangers , fietsers, automobilisten, niemand ziet blijkbaar de achteruitrijverlichting, en het geluidssignaal horen ze ook niet, ze zijn zelfs verontwaardigd als ze ineens beseffen dat je hun kant op rijdt. Op een gegeven moment zag ik via een smal straatje de uitweg. Eenmaal in het smalle straatje nam ik wat ruimte aan mijn rechterkant om op het kruispunt de krappe bocht naar rechts te kunnen nemen. De man die aan de overkant aan kwam rijden vond dat hij meer haast had dan ik en duikt met twee wielen het trottoir op om aan het eind van mijn trailer toch niet verder te kunnen. Daar gaat mijn bocht, één snuk aan het stuur naar rechts en ik zou die man met auto en al op het terras laten belanden. Dan maar rechtdoor de wijk in, want eer die pipo achteruit terug langs mijn trailer gereden is heb ik al drie schadeformulieren in kunnen vullen denk ik. Gelukkig kom ik vrij snel bij de doorgaande weg en heb ik maar een paar honderd meter om hoeven rijden.
Ik weet niet of het aan mij ligt, maar ik heb het idee dat het steeds gekker wordt. Er is totaal geen begrip en geduld ten opzichte van vrachtwagens. Maar vooral met deze dagen waarin iedereen graag op tijd al zijn boodschapjes binnen heeft is het van belang dat wij als vrachtwagenchauffeur alle winkels op tijd kunnen bevoorraden, ander ben je zo uitgekocht. In het verleden heb ik me vaak op lopen winden over dergelijke situaties. Tegenwoordig zie ik het als een spelletje. Ik wind me nog wel eens een beetje op, maar dan meestal wel met een glimlach in mijn hart. Wat kunnen intelligente wezens als mensen toch zo dom zijn soms. Een beetje zoals die aap die een appel uit een kistje wil halen, waar een gat in zit dat net te klein is om er met een hand vol appel uit te komen. Omdat de aap de appel niet los wil laten zit hij zo gevangen door zijn eigen hebzucht.
Hopelijk gaan er binnenkort wat andere lichtjes branden dan de lichtjes in de kerstbomen en komen meer mensen tot het inzicht dat de weg naar geluk het best bereikbaar is door samenwerking. Denk niet te veel dat de ander jou moet begrijpen, probeer de ander te begrijpen. Neem geen voorrang maar geef het, ook als het niet per se moet. Probeer het maar eens, het voelt goed. Het kost te veel tijd hoor ik vaak zeggen? Wat is tijd, net zo makkelijk sta je een uurtje later nog meer tijd te verliezen door wat te kletsen met deze of gene. En hoeveel tijd denk je nu werkelijk te winnen door te pushen? Efficiënt rijden levert tijdwinst op, maar op een drukke parking of winkelcentrum gaan wringen levert alleen extra risico op.
Tot de volgende blog en rij voorzichtig met deze drukke dagen,
Peter,
Zenchauffeur.