Niet iedere dag gaat zo goed als de andere. Gelukkig maar, want anders zou het wel héél saai worden. Al verlang je op sommige dagen misschien wel naar een beetje van die saaiheid. Gisteren was zo’n dag, van alles ging er mis.
In het verleden heb ik vaker van dergelijke dagen meegemaakt en doorgaans ging ik in de loop van zo’n dag helemaal uit mijn plaat. Doordat ik dan zo opgefokt raakte maakte ik soms brokken die voorkomen hadden kunnen worden als ik de rust had kunnen bewaren.
Door de meditatie ben ik een stuk rustiger geworden en raak ik niet zo opgefokt als voorheen, maar soms raak ik nog wel geïrriteerd. Toevallig had ik vorige week als huiswerksuggestie opgehad: kijk waar je irritatie voelt en ga dan terug naar je ademhaling. Dat houdt in even rustig diep in en langzaam uitademen, liefst vanuit je buik. In dezelfde week had ik er een dag bij waar ik dit succesvol had toegepast. Ik kwam voor de eerste keer bij een filiaal in Spijkenisse. Ik zag het bordje Lidl en ik draai het eerste straatje rechts in om aan de achterkant te komen. Helaas pindakaas, links waren ze aan de weg aan het werken, rechtdoor was verboden voor vrachtwagens en rechts was een smal parkeerterrein waar ik niet op durfde te draaien. Achteruit terug dus, geen pretje op zo’n winkelcentrum, maar rustig aan dan breekt het lijntje niet hé. Achteruit de parallelbaan ingereden, rijdt er iemand op tot aan mijn cabine. Lichtelijk geïrriteerd door het gebrek aan inzicht van de automobilist ga ik gewoon even naar mijn ademhaling, weg irritatie, en weg automobilist, het kwartje was blijkbaar gevallen. Rondgereden kom ik via allerlei obstakels eindelijk bij de losplaats; is ook daar de stratenmaker druk aan de gang. Vriendelijk vraag ik die man of hij nog lang bezig was, een hele litanie, mopper, mopper, ik adem een keer diep en bedenk dat ik het beste even met de filiaalmanager kan overleggen. Een half uurtje betaald koffie drinken, geen stress. Na het lossen even achteruitsteken in een smal straatje waar enkele voorgangers de stoeptegels op de hoek al aan gruzelementen hadden gereden. Voor me auto’s , achter me auto’s, even diep ademhalen en de stratenmaker komt gidsen. Twee keer steken, en gaan… oeps, bijna een paaltje in de binnenbocht, nog maar een keer steken en dan parkeert er iemand zijn antieke Mercedes recht tegenover me op de stoep. Weer even diep ademhalen en toetoet, hij snapt het gelukkig meteen. Normaal was ik vreselijk opgefokt geraakt in zo’n situatie, maar nu was ik gewoon trots op mezelf.
Dat het me nog niet altijd lukt is me gisteren wel duidelijk geworden. Maandag morgen na een woelige nacht sta ik om kwart voor vier bij mijn trekker die bij het distributiecentrum geparkeerd staat. Mijn oplegger is in geen velden of wegen te bekennen. Rondje dc gedaan, even naar de overkant gekeken of hij niet op de zaak stond, niets. Dan maar bellen, verschillende nummers geprobeerd, en eindelijk neemt er iemand op, hij ging bellen. Half vijf was de trailer aangekoppeld, snel even laden om toch nog op tijd bij de winkels te zijn. Nu tapen ze om een of andere onduidelijke reden soms twee dussels (Dusseldorfer = halve europallet) aan elkaar. Als je dan even niet oplet en dan net de twee verkeerde bij elkaar pakt op de pompwagen trek je de andere dussel omver. Dat gebeurde dus bijna met een dusseltje met eieren. Ik kon hem nog net op tijd tegenhouden en rechtop zetten. Er drupte helaas wel van alles onderuit…
Aangekomen bij de tweede klant heb ik dit maar meteen gemeld, en ze deden er gelukkig niet moeilijk over. Ik neem en passant de pompwagen met twee dussels afval mee naar buiten om daarna te gaan lossen, en bam… daar lag één van de dussels op de grond. Snel weer opstapelen, mijn zwarte broek onder de zure yoghurt, diep ademhalen werkt niet meer. Na het lossen en laden een half uurtje pauze genomen en daarvan 25 minuten gemediteerd. De rust enigszins hervonden, maar echt happy was ik niet. Snel afval lossen , laden en dan op de zaak gaan tanken. Ik sta net op het terrein komt er een collega het terrein opgedraaid. Ook hij moet tanken en vervolgens wassen. Ik heb twintig minuten nodig gehad om te tanken, in die tijd heeft hij voor twee uur tegen me aan staan klagen. Alles en iedereen kwam aan de beurt. Ik laat graag iedereen in zijn waarde, maar bij sommige mensen beginnen er zich scherpe woorden in mijn achterhoofd te vormen. Na het tanken snel de auto aan de kant, even naar de wc naar mijn eigen gezeik luisteren en een lekker vers bakkie koffie tappen.
Ongeveer een kwartier na mijn vertrek krijg ik een telefoontje van de planner. Of ik als ik stil sta even naar de achterkant van mijn trailer wil kijken. Er is iemand tegen de onderkant van het kantoor gereden. Ik denk, het zal toch niet waar zijn, ik adem een paar keer diep, maar mijn hart zit al in mijn keel. Nee hé, het zal toch niet waar zijn, en ik ben nog wel zo rustig gebleven. Op de parking zie ik het al, er steekt een stuk ijzer uit de bovenrand van de trailer. Snel maar even het dak op met een rol ducttape want een koeltrailerwand moet zo snel mogelijk dicht gemaakt worden omdat er anders water in trekt, wat er voor zorgt dat de isolatie verslechterd. Ik heb hem blijkbaar te kort langs het enigszins overstekende kantoor gezet en met het wegdraaien heb ik het geraakt. Niets aan te doen, nu naar mijn laatste filiaal, ik ga niet in details treden, maar het was er alweer een drama. Geen tijd, elektrische pompwagen stuk of leeg, gewoon een puinhoop. Weer bijna twee uur bezig, laden lossen met een handpompwagen en een medewerker die alleen graag naar zichzelf luistert, of het geheugen heeft van een goudvis. Uiteindelijk pas om 16:00 u klaar, héhé, naar huis, file, geen probleem, ik heb geen haast, alleen een beetje slaap. Na een kwartiertje aanschuiven blijkt afslag Breda Noord afgesloten, had ik dat geweten was ik via Princenhage gegaan. Dan maar via Terheijden, ik kijk op Google maps, alles rood tot aan huis toe…. Anderhalf uur gereden op een stuk waar ik normaal twintig minuten op rijd.
Dat zijn zo van die dagen die ik liefst graag snel vergeet. Maar zonder donker is er geen licht en zonder tegenslagen van tijd tot tijd waardeer je het niet wanneer het goed gaat. En hoe erg is het in wezen allemaal, de grootste schade is vaak aan het ego, wat toch eigenlijk maar een illusie is volgens velen, maar dat is dan weer diepere Boeddha-wiskunde. Zolang het te betalen is met geld kan het doorgaans wel vervangen worden. Meestal is het verzekerd en blijft het dus binnen de perken. Neemt niet weg dat ik er toch een beetje ziek van ben. Maar dat gaat wel weer over.
Tot de volgende blog en veel veilige kilometers toegewenst,
Peter,
Zenchauffeur.